Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. plechtigheid:
  2. plechtig:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for plechtigheid from Dutch to Swedish

plechtigheid:

plechtigheid [de ~ (v)] noun

  1. de plechtigheid (ceremonie; plichtpleging; omhaal)
    rit; ceremoni
  2. de plechtigheid (statigheid; gedragenheid; voornaamheid; plechtstatigheid; vormelijkheid)

Translation Matrix for plechtigheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
ceremoni ceremonie; omhaal; plechtigheid; plichtpleging ceremonie; feest; feestelijkheid; festiviteit; plechtige optocht; ritus; staatsie; viering
rit ceremonie; omhaal; plechtigheid; plichtpleging ritus
ståtlighet gedragenheid; plechtigheid; plechtstatigheid; statigheid; voornaamheid; vormelijkheid
- ceremonie

Related Words for "plechtigheid":


Synonyms for "plechtigheid":


Related Definitions for "plechtigheid":

  1. officiële bijeenkomst vanwege een bijzondere gebeurtenis1
    • de huwelijksplechtigheid was op het stadhuis1

Wiktionary Translations for plechtigheid:


Cross Translation:
FromToVia
plechtigheid ceremoni ceremony — ritual with religious significance
plechtigheid högtidlighet ceremony — official gathering to celebrate
plechtigheid ceremoni cérémonieensemble des formes extérieures et régulier du culte religieux, des célébrations mystiques.

plechtigheid form of plechtig:


Translation Matrix for plechtig:

ModifierRelated TranslationsOther Translations
ansenlig aanzienlijk; deftig; fier; indrukwekkend; majestueus; nobel; parmant; parmantig; plechtig; plechtstatig; statig; trots; vorstelijk behoorlijk; danig; duchtig; eerbiedwekkend; indrukwekkend
ansenligt aanzienlijk; deftig; fier; indrukwekkend; majestueus; nobel; parmant; parmantig; plechtig; plechtstatig; statig; trots; vorstelijk aanmerkelijk; aanzienlijk; beduidend; behoorlijk; dik; eerbiedwekkend; enorm; flink; fors; indrukwekkend; lijvig; substantieel; vet; zwaar van lijf
högtidlig plechtig; plechtstatig; statig; zeer plechtig ceremonieel; ingetogen; protocollair; stemmig
högtidligt plechtig; plechtstatig; statig; zeer plechtig ambtelijk; ceremonieel; formeel; ingetogen; officieel; protocollair; stemmig
majestätisk aanzienlijk; deftig; fier; indrukwekkend; majestueus; nobel; parmant; parmantig; plechtig; plechtstatig; statig; trots; vorstelijk leeuwachtig
majestätiskt aanzienlijk; deftig; fier; indrukwekkend; majestueus; nobel; parmant; parmantig; plechtig; plechtstatig; statig; trots; vorstelijk leeuwachtig

Related Words for "plechtig":

  • plechtigheid, plechtiger, plechtigere, plechtigst, plechtigste, plechtige

Related Definitions for "plechtig":

  1. officieel en ernstig1
    • het was een plechtige dienst1

Wiktionary Translations for plechtig:


Cross Translation:
FromToVia
plechtig högtidlig; festlig feierlich — in der Art und Weise einer Feier, auf eine Feier bezogen; mit festlicher Stimmung oder Ausstattung