Dutch
Detailed Translations for ontkoppeling from Dutch to Swedish
ontkoppeling:
-
de ontkoppeling (afhaken; afkoppeling)
Translation Matrix for ontkoppeling:
Noun | Related Translations | Other Translations |
avhäktad | afhaken; afkoppeling; ontkoppeling | |
avkopplande | afhaken; afkoppeling; ontkoppeling | afleiding; geruststelling; kalmering; verpozing; verstrooiing; verzet; verzetje |
uppknäppad | afhaken; afkoppeling; ontkoppeling |