Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. toelichten:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for toelichten from Dutch to Swedish

toelichten:

toelichten verb (licht toe, lichtte toe, lichtten toe, toegelicht)

  1. toelichten (verduidelijken; verklaren; ophelderen; )
    belysa; klargöra; illustrera; kasta ljus över
    • belysa verb (belyser, belyste, belyst)
    • klargöra verb (klargör, klargjorde, klargjort)
    • illustrera verb (illustrerar, illustrerade, illustrerat)
    • kasta ljus över verb (kastar ljus över, kastade ljus över, kastat ljus över)
  2. toelichten (begrijpelijk maken; uitleggen; verklaren; ophelderen; opklaren)
    förklara något
    • förklara något verb (förklarar något, förklarade något, förklarat något)
  3. toelichten (nader verklaren; verduidelijken; uiteenzetten; uitleggen)
    förklara
    • förklara verb (förklarar, förklarade, förklarat)

Conjugations for toelichten:

o.t.t.
  1. licht toe
  2. licht toe
  3. licht toe
  4. lichten toe
  5. lichten toe
  6. lichten toe
o.v.t.
  1. lichtte toe
  2. lichtte toe
  3. lichtte toe
  4. lichtten toe
  5. lichtten toe
  6. lichtten toe
v.t.t.
  1. heb toegelicht
  2. hebt toegelicht
  3. heeft toegelicht
  4. hebben toegelicht
  5. hebben toegelicht
  6. hebben toegelicht
v.v.t.
  1. had toegelicht
  2. had toegelicht
  3. had toegelicht
  4. hadden toegelicht
  5. hadden toegelicht
  6. hadden toegelicht
o.t.t.t.
  1. zal toelichten
  2. zult toelichten
  3. zal toelichten
  4. zullen toelichten
  5. zullen toelichten
  6. zullen toelichten
o.v.t.t.
  1. zou toelichten
  2. zou toelichten
  3. zou toelichten
  4. zouden toelichten
  5. zouden toelichten
  6. zouden toelichten
en verder
  1. ben toegelicht
  2. bent toegelicht
  3. is toegelicht
  4. zijn toegelicht
  5. zijn toegelicht
  6. zijn toegelicht
diversen
  1. licht toe!
  2. lichtt toe!
  3. toegelicht
  4. toelichtend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for toelichten:

VerbRelated TranslationsOther Translations
belysa accentueren; belichten; ophelderen; opklaren; toelichten; verduidelijken; verhelderen; verklaren belichten; licht laten vallen op; licht schijnen op; met licht beschijnen
förklara nader verklaren; toelichten; uiteenzetten; uitleggen; verduidelijken beschrijven; betogen; betonen; betuigen; demonstreren; duiden; mededelen; mening kenbaar maken; ontvouwen; opklaren; parafraseren; preciseren; uiteenzetten; uitleggen; uitwerken; verduidelijken; verhalen; verkondigen; vertellen; wolken verdwijnen; zeggen
förklara något begrijpelijk maken; ophelderen; opklaren; toelichten; uitleggen; verklaren
illustrera accentueren; belichten; ophelderen; opklaren; toelichten; verduidelijken; verhelderen; verklaren illustreren
kasta ljus över accentueren; belichten; ophelderen; opklaren; toelichten; verduidelijken; verhelderen; verklaren belichten; licht laten vallen op
klargöra accentueren; belichten; ophelderen; opklaren; toelichten; verduidelijken; verhelderen; verklaren belichten; met licht beschijnen; ontvouwen; uiteenzetten; uitleggen; verduidelijken

Wiktionary Translations for toelichten:


Cross Translation:
FromToVia
toelichten förtydliga; förklara erläutern — etwas lehrend umschreiben
toelichten förklara; utlägga expliquerrendre clair.