Summary
Dutch Synonyms: more detail...
-
opschudding:
- pandemonium; opschudding; heksenketel; beroering; leven; drukte; lawaai; rumoer; geraas; tumult; heibel; sensatie; verwarring; opzien; rep
Dutch
Detailed Synonyms for opschudding in Dutch
opschudding:
-
de opschudding
het pandemonium; de opschudding; de heksenketel; de beroering; het leven; de drukte; het lawaai; het rumoer; het geraas; het tumult; de heibel -
de opschudding
-
de opschudding