Synonyms for coachen in Dutch
Dutch
Detailed Synonyms for coachen in Dutch
coachen:
-
coachen
trainen;
oefenen;
harden;
coachen;
bekwamen
-
trainen
verb
(train, traint, trainde, trainden, getraind)
-
oefenen
verb
(oefen, oefent, oefende, oefenden, geoefend)
-
harden
verb
(hard, hardt, hardde, hardden, gehard)
-
-
bekwamen
verb
(bekwaam, bekwaamt, bekwaamde, bekwaamden, bekwaamd)
Related Words for "coachen":
coach:
Related Words for "coach":