Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. van plan zijn:
  2. Wiktionary:
    • van plan zijn → avoir l'intention


Dutch

Detailed Translations for van plan zijn from Dutch to French

van plan zijn:

van plan zijn verb (ben van plan, bent van plan, was van plan, waren van plan, van plan geweest)

  1. van plan zijn
  2. van plan zijn (voorhebben)
    avoir en vue; projeter; avoir l'intention de
    • projeter verb (projette, projettes, projetons, projetez, )

Conjugations for van plan zijn:

o.t.t.
  1. ben van plan
  2. bent van plan
  3. bent van plan
  4. zijn van plan
  5. zijn van plan
  6. zijn van plan
o.v.t.
  1. was van plan
  2. was van plan
  3. was van plan
  4. waren van plan
  5. waren van plan
  6. waren van plan
v.t.t.
  1. ben van plan geweest
  2. bent van plan geweest
  3. is van plan geweest
  4. zijn van plan geweest
  5. zijn van plan geweest
  6. zijn van plan geweest
v.v.t.
  1. was van plan geweest
  2. was van plan geweest
  3. was van plan geweest
  4. waren van plan geweest
  5. waren van plan geweest
  6. waren van plan geweest
o.t.t.t.
  1. zal van plan zijn
  2. zult van plan zijn
  3. zal van plan zijn
  4. zullen van plan zijn
  5. zullen van plan zijn
  6. zullen van plan zijn
o.v.t.t.
  1. zou van plan zijn
  2. zou van plan zijn
  3. zou van plan zijn
  4. zouden van plan zijn
  5. zouden van plan zijn
  6. zouden van plan zijn
diversen
  1. ben van plan!
  2. bent van plan!
  3. van plan geweest
  4. van plan zijnd
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for van plan zijn:

VerbRelated TranslationsOther Translations
avoir en vue van plan zijn; voorhebben aansturen op; bedoelen; beogen; doel beogen; ergens iets mee willen zeggen; ten doel hebben; viseren
avoir l'intention de van plan zijn; voorhebben voornemen
compter faire van plan zijn
projeter van plan zijn; voorhebben afdraaien; bedenken; beramen; plan beramen; plannen; projecteren; verzinnen; zinnen

Wiktionary Translations for van plan zijn:


Cross Translation:
FromToVia
van plan zijn → avoir l'intention mean — to intend; plan on doing
van plan zijn → avoir l'intention purport — to intend

Related Translations for van plan zijn