Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. stuurwielen:
  2. stuurwiel:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for stuurwielen from Dutch to French

stuurwielen:

stuurwielen [de ~] noun, plural

  1. de stuurwielen (stuurraderen; sturen)
    le volants; le gouvernails

Translation Matrix for stuurwielen:

NounRelated TranslationsOther Translations
gouvernails sturen; stuurraderen; stuurwielen
volants sturen; stuurraderen; stuurwielen

Related Words for "stuurwielen":


stuurwielen form of stuurwiel:

stuurwiel [het ~] noun

  1. het stuurwiel (stuur; stuurrad)
    le guidon; le volant de direction; le gouvernail; la commande; la roue de gouvernail; la commande de direction

Translation Matrix for stuurwiel:

NounRelated TranslationsOther Translations
commande stuur; stuurrad; stuurwiel bestellen; bevel; commando; consigne; lastgeving; mandaat; opdracht; order
commande de direction stuur; stuurrad; stuurwiel stuurinrichting; stuurknuppel
gouvernail stuur; stuurrad; stuurwiel roer; stuurroer; stuurstok
guidon stuur; stuurrad; stuurwiel
roue de gouvernail stuur; stuurrad; stuurwiel roer; stuurroer
volant de direction stuur; stuurrad; stuurwiel

Related Words for "stuurwiel":


Wiktionary Translations for stuurwiel:

stuurwiel
noun
  1. Roue pour diriger une automobile

Cross Translation:
FromToVia
stuurwiel volant; barre steering wheel — wheel-shaped control
stuurwiel volant wheel — steering wheel and its implied control of a vehicle

External Machine Translations: