Noun | Related Translations | Other Translations |
apprenti
|
iemand die stage loopt; stagiair
|
Benjamin; jonge leerling; jongmaatje; jongste bediende; jongste leerling; krullenjongen; kwekeling; leerjongen; pupil
|
apprentie
|
iemand die stage loopt; stagiair
|
jonge leerling; pupil
|
habitant
|
|
bewoner; burger; huisbewoner; ingezetene; inwoner; staatsburger
|
jeune apprenti
|
iemand die stage loopt; stagiair
|
jongmaatje
|
mousse
|
iemand die stage loopt; stagiair
|
bruis; jongmaatje; kajuitsjongen; kwekeling; leerjongen; scheepsjongen; schuim; uitvaagsel
|
pupille
|
iemand die stage loopt; stagiair
|
jonge leerling; jongmaatje; kwekeling; leerjongen; leerling; pupil; scholier
|
résidant
|
|
ingezetene
|
stagiaire
|
iemand die stage loopt; stagiair
|
jongmaatje; kwekeling; leerjongen
|
Modifier | Related Translations | Other Translations |
apprenti
|
|
aankomend; aanstaand; toekomend; toekomstig; toekomstige
|
habitant
|
inwonende; stagiair
|
|
interne
|
inwonende; stagiair
|
aan de binnenkant; binnenin; binnenste; innerlijk; intern; inwendig; inwendige; van binnen
|
résidant
|
inwonende; stagiair
|
gevestigd; woonachtig; zetelend
|