Dutch

Detailed Translations for op bankrekening zetten from Dutch to French

op bankrekening zetten:

op bankrekening zetten verb

  1. op bankrekening zetten (sparen)
    rassembler; collectionner; économiser; épargner; faire des économies; cumuler; accumuler; amasser; mettre de côté; recueillir; assembler
    • rassembler verb (rassemble, rassembles, rassemblons, rassemblez, )
    • collectionner verb (collectionne, collectionnes, collectionnons, collectionnez, )
    • économiser verb (économise, économises, économisons, économisez, )
    • épargner verb (épargne, épargnes, épargnons, épargnez, )
    • cumuler verb (cumule, cumules, cumulons, cumulez, )
    • accumuler verb (accumule, accumules, accumulons, accumulez, )
    • amasser verb (amasse, amasses, amassons, amassez, )
    • recueillir verb (recueille, recueilles, recueillons, recueillez, )
    • assembler verb (assemble, assembles, assemblons, assemblez, )

Translation Matrix for op bankrekening zetten:

VerbRelated TranslationsOther Translations
accumuler op bankrekening zetten; sparen aangroeien; accumuleren; hopen; op elkaar stapelen; op elkaar zetten; opeenhopen; opstapelen; stapelen; zich vermeerderen
amasser op bankrekening zetten; sparen accumuleren; bijeen drommen; bijeenschrapen; bijeenzamelen; bijeenzoeken; hamsteren; hopen; inzamelen; op elkaar stapelen; op elkaar zetten; opeenhopen; oppakken; oppikken; oppotten; oprapen; opsnappen; opstapelen; opzij leggen; potten; sparen; stapelen; vergaren; verzamelen
assembler op bankrekening zetten; sparen assembleren; bijeenzoeken; in elkaar zetten; koppelen; monteren; paren; verbinden; verenigen; vergaren; verzamelen
collectionner op bankrekening zetten; sparen bijeenzamelen; opeenhopen; oppotten; sparen; vergaren; verzamelen
cumuler op bankrekening zetten; sparen accumuleren; cumuleren; hopen; opeenhopen; zich ophopen; zich opstapelen
faire des économies op bankrekening zetten; sparen bijeenzamelen; opeenhopen; oppotten; sparen; vergaren; verzamelen
mettre de côté op bankrekening zetten; sparen afzonderen; apart zetten; bewaren; hamsteren; isoleren; opbergen; oppotten; opsparen; opzij leggen; opzijzetten; potten; reserveren; voorbehouden; wegbergen; wegzetten
rassembler op bankrekening zetten; sparen bij elkaar brengen; bijeen dragen; bijeen roepen; bijeenbrengen; bijeenroepen; bijeenzamelen; bijeenzoeken; concentreren; convoceren; inzamelen; opeenhopen; oppotten; samenbrengen; samenroepen; scharen; sparen; verenigen; vergaren; verzamelen
recueillir op bankrekening zetten; sparen afhalen; afnemen; bijeenzamelen; meenemen; oogsten; opeenhopen; ophalen; oppakken; oppikken; oppotten; oprapen; opsnappen; plukken; sparen; vergaren; verzamelen; weghalen; wegnemen
économiser op bankrekening zetten; sparen besparen; bezuinigen; bijeenzamelen; geld besparen; korten; krom buigen; matigen; minder gebruiken; ombuigen; opeenhopen; oppotten; opsparen; sparen; verbuigen; vergaren; verzamelen; zuinig zijn
épargner op bankrekening zetten; sparen besparen; bezuinigen; bijeenzamelen; geld besparen; in acht nemen; korten; matigen; minder gebruiken; ontzien; opeenhopen; oppotten; opsparen; sparen; vergaren; verschonen; verzamelen; zuinig zijn

Related Translations for op bankrekening zetten