Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. naar beneden werpen:


Dutch

Detailed Translations for naar beneden werpen from Dutch to French

naar beneden werpen:

naar beneden werpen verb

  1. naar beneden werpen (neerwerpen; omlaag werpen)
    jeter; lancer; flanquer par terre; jeter en bas
    • jeter verb (jette, jettes, jetons, jetez, )
    • lancer verb (lance, lances, lançons, lancez, )

Translation Matrix for naar beneden werpen:

NounRelated TranslationsOther Translations
lancer omhoog werpen; opwerpen
VerbRelated TranslationsOther Translations
flanquer par terre naar beneden werpen; neerwerpen; omlaag werpen neerslaan; omslaan; onderuithalen; vloeren
jeter naar beneden werpen; neerwerpen; omlaag werpen afdanken; afsmijten; afwerpen; ecarteren; eraf schoppen; gooien; kogelen; losgooien; loswerpen; naar beneden gooien; neergooien; omlaagwerpen; op de grond gooien; slingeren; smijten; toewerpen; verboemelen; verbrassen; verkopen; verkwanselen; verkwisten; verspillen; weggooien; wegsmijten
jeter en bas naar beneden werpen; neerwerpen; omlaag werpen eraf stoten
lancer naar beneden werpen; neerwerpen; omlaag werpen aanbreken; aankaarten; aanknopen; aansnijden; aanvangen; aanvoeren; afsmijten; afwerpen; arrangeren; beginnen; bouwen; een begin nemen; entameren; gesprek aanknopen; iets op touw zetten; ingooien; inluiden; introduceren; keilen; kennis laten maken; kogelen; lanceren; laten opstijgen; naar beneden gooien; naar voren brengen; neergooien; omhooggooien; omhoogwerpen; op de grond gooien; op de markt brengen; opbouwen; openen; opgooien; ophoesten; oplaten; opperen; opwerpen; poneren; regelen; smijten; starten; stellen; suggereren; te berde brengen; ter sprake brengen; uitbrengen; uitgeven; van start gaan; voor de dag komen met; voorstellen

Related Translations for naar beneden werpen