Summary
Dutch
Detailed Translations for hebberigheid from Dutch to French
hebberigheid:
-
de hebberigheid (hebzucht; gretigheid)
Translation Matrix for hebberigheid:
Noun | Related Translations | Other Translations |
avarice | gretigheid; hebberigheid; hebzucht | geldzucht; gierigheid; hebgier; krenterigheid; vrekkigheid |
avidité | gretigheid; hebberigheid; hebzucht | begeerte; begerige ijver; begerigheid; gierigheid; graagte; gretigheid; gulzigheid; heftig verlangen; hunkering; inhaligheid; krenterigheid; leergierigheid; lust; schraapzucht; schraperigheid; schrokachtigheid; vraatzuchtigheid; vrekkigheid |
cupidité | gretigheid; hebberigheid; hebzucht | |
égoïsme | gretigheid; hebberigheid; hebzucht | egoïsme; eigenbelang; zelfzucht; zelfzuchtigheid |
Related Words for "hebberigheid":
Wiktionary Translations for hebberigheid:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• hebberigheid | → avarice | ↔ avarice — excessive or inordinate desire of gain |
hebberig:
Translation Matrix for hebberig:
Noun | Related Translations | Other Translations |
intéressé | Warm; belanghebbende; belangstellende; geïnteresseerde; reflectant | |
égoïste | egoïst; zelfzuchtige | |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
avide | hebberig; hebzuchtig; inhalig | begerend; begerig; belust; gretig; happig; hunkerend; reikhalzend; roofgierig; roofziek; roofzuchtig; smachtend; verlangend; verzot |
cupide | hebberig; hebzuchtig; inhalig | |
intéressé | hebberig; hebzuchtig; inhalig | aandachtig; belangstellend; betrokken; ermee gemoeid zijn; geïnteresseerd; oplettend; opmerkzaam |
qui veut toujours tout avoir | hebberig; hebzuchtig; inhalig | |
égoïste | hebberig; hebzuchtig; inhalig | baatzuchtig; egoïstisch; zelfzuchtig |