Dutch
Detailed Translations for geldstukken from Dutch to French
geldstukken:
Translation Matrix for geldstukken:
Noun | Related Translations | Other Translations |
argent | centen; duiten; geldstukken | duit; geld; poen; zilver |
blé | centen; duiten; geldstukken | duit; geld; graan; poen; tarwe |
capitaux | centen; duiten; geldstukken | duit; geld; poen |
centimes | centen; duiten; geldstukken | geld; poen |
deniers | centen; duiten; geldstukken | geld; poen |
fric | centen; duiten; geldstukken | duit; geld; poen |
monnaie | centen; duiten; geldstukken | Valuta; betaalmiddel; geld; geldsoort; geldspecie; geldstuk; kleingeld; money; munt; munteenheid; muntsoort; muntspecie; muntstuk; penning; poen; valuta; wisselgeld |
pièces d'argent | centen; duiten; geldstukken | |
pognon | centen; duiten; geldstukken | duit; geld; poen |
sous | centen; duiten; geldstukken | geld; poen |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
sous | beneden; binnen; binnen een tijdsspanne; niet boven; onder |
Related Words for "geldstukken":
geldstuk:
Translation Matrix for geldstuk:
Noun | Related Translations | Other Translations |
jeton | geldstuk; munt; muntstuk; penning | geldsoort; geldspecie; munt; penning; plaatje als herkenningsteken; token |
monnaie | geldstuk; munt; muntstuk; penning | Valuta; betaalmiddel; centen; duiten; geld; geldsoort; geldspecie; geldstukken; kleingeld; money; munt; munteenheid; muntsoort; muntspecie; muntstuk; poen; valuta; wisselgeld |
médaille | geldstuk; munt; muntstuk; penning | corsage; decor; decoratie; draperie; garnering; gedenkpenning; gelukspenning; medaille; munt; muntstuk; onderscheidingsteken; opluistering; opsiering; ornamentiek; penning; plak; sierwerk; teken; tooi; versiering; versiersel |
pièce de monnaie | geldstuk; munt; muntstuk; penning | geldsoort; geldspecie; munt; muntstuk |