Home ->Dictionaries ->Dutch/French ->Translate apparatuur

Translate apparatuur from Dutch to French

Summary

Dutch to French: more detail...

apparatuur:
- appareil; matériel; dispositif; instrument; outil; équipement

Dutch

Detailed Translations for apparatuur from Dutch to French

apparatuur:

apparatuur [de ~ (v)] noun

de apparatuur
l'appareil; le matériel; le dispositif; l'instrument; l'outil
- appareil [le ~] noun
- matériel [le ~] noun
- dispositif [le ~] noun
- instrument [le ~] noun
- outil [le ~] noun
de apparatuur
l'équipement
- équipement [le ~] noun

Translation Matrix for apparatuur:

Noun	Related Translations	Other Translations
appareil	apparatuur	apparaat; gebruiksvoorwerp; machine; mobiele telefoon; toestel
dispositif	apparatuur
instrument	apparatuur	apparaat; gereedschap; gereedschappen; gerei; handgereedschap; handwerktuig; instrument; instrumenten; toestel; werktuig; werktuigen
matériel	apparatuur	benodigde; benodigdheid; hardware; materiaal; materieel; monstering; outfit; outillage; uitmonstering; uitrusting; uitzet; versiering
outil	apparatuur	apparaat; gereedschap; gereedschappen; gerei; handgereedschap; handwerktuig; hulpprogramma; instrument; instrumenten; toestel; werktuig; werktuigen
équipement	apparatuur	benodigde; bewapening; filmmontage; gewaad; kleren; monstering; montage; outfit; outillage; tenue; toerusting; uitmonstering; uitrusting; uitrustingsstuk; uitzet; versiering
Modifier	Related Translations	Other Translations
matériel		aards; materieel; profaan; seculair; stoffelijk; wereldlijk; werelds

External Machine Translations: