Summary
Dutch to French: more detail...
- ijdelheid:
-
ijdel:
- arrogant; vaniteux; prétentieux; prétentieuse; prétentieusement; hautain; présomptueux; vaniteuse; présomptueusement; arrogamment; satisfait avec soi-même; de manière arrogante; avec arrogance; inoccupé; vainement; non occupé; inutilement; peine perdue; sans résultat; en vain; vain; infructueux; inutile; infructueusement; sans effet
- Wiktionary:
Dutch
Detailed Translations for ijdelheid from Dutch to French
ijdelheid:
-
de ijdelheid (ijdeltuiterij; wuftheid)
-
de ijdelheid (zelfingenomenheid; eigendunk; egotisme; zelfgenoegzaamheid; arrogantie; eigenwaan; hoogmoed)
Translation Matrix for ijdelheid:
Related Words for "ijdelheid":
Wiktionary Translations for ijdelheid:
ijdelheid
Cross Translation:
noun
ijdelheid
-
het zich toeleggen op betekenisloze uiterlijkheden
- ijdelheid → vanité
noun
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• ijdelheid | → orgueil; vanité | ↔ conceit — overly high self-esteem |
• ijdelheid | → vanité | ↔ vanity — excessive pride |
ijdelheid form of ijdel:
-
ijdel (zelfingenomen; zelfgenoegzaam; verwaand; ingebeeld)
arrogant; vaniteux; prétentieux; prétentieuse; prétentieusement; hautain; présomptueux; vaniteuse; présomptueusement; arrogamment; satisfait avec soi-même; de manière arrogante; avec arrogance-
arrogant adj
-
vaniteux adj
-
prétentieux adj
-
prétentieuse adj
-
prétentieusement adj
-
hautain adj
-
présomptueux adj
-
vaniteuse adj
-
arrogamment adj
-
avec arrogance adj
-
-
ijdel (ongevuld; leeg; loos)
inoccupé; vainement; non occupé; inutilement-
inoccupé adj
-
vainement adj
-
non occupé adj
-
inutilement adj
-
-
ijdel (tevergeefs; nutteloos; zonder resultaat; vergeefs; vruchteloos)
peine perdue; sans résultat; en vain; vain; vainement; infructueux; inutile; infructueusement; inutilement-
peine perdue adj
-
sans résultat adj
-
en vain adj
-
vain adj
-
vainement adj
-
infructueux adj
-
inutile adj
-
infructueusement adj
-
inutilement adj
-
-
ijdel (vruchteloos; onbeduidend)
Translation Matrix for ijdel:
Related Words for "ijdel":
Related Definitions for "ijdel":
Wiktionary Translations for ijdel:
ijdel
adjective
-
(vieilli) Qui venir avant terme, qui n’pouvoir acquérir son entier développement.
-
Qui est vain ; qui n’a nulle importance.
- frivole → ijdel; nietig; onbelangrijk; frivool; lichtzinnig; wuft
-
Personne vaniteuse.