Noun | Related Translations | Other Translations |
arreglo
|
afrekenen; afrekening; vereffening; verrekening
|
aanpassing; afspraak; akkoord; arrangement; bijstelling; compenseren; goedmaken; herbouwing; herstel; herstelling; herstelwerk; overeenkomst; regelgeving; regeling; regularisatie; reparatie; restauratie; restitueren; schikking; vereffening; vergelijk; vergoeden
|
disposición
|
afrekenen; afrekening; vereffening; verrekening
|
afgifte; afspraak; akkoord; bezorging; geleverde; gemoedsgesteldheid; gereedheid; gezindheid; hiërarchie; indeling; instelling; leverantie; levering; opzet; overeenkomst; overtuiging; paraatheid; plan; psychische toestand; rang; rangorde; regeling; schikking; stemming; tendentie; vaststaande mening; volgorde; voornemen
|
enjugar
|
afrekening; vereffening; verrekening
|
|
liquidación de cuentas
|
afrekenen; afrekening; vereffening; verrekening
|
|
pagar de suplemento
|
afrekening; vereffening; verrekening
|
|
saldo
|
afrekenen; afrekening; vereffening; verrekening
|
agio; exces; overschot; rekeningsaldo; rest; saldo; surplus; teveel
|
Verb | Related Translations | Other Translations |
enjugar
|
|
aanrekenen; aanwrijven; afdrogen; afspoelen; berispen; beschuldigen; blameren; drogen; droogmaken; gispen; laken; nadragen; verwijten; voor de voeten gooien; voorhouden
|