Noun | Related Translations | Other Translations |
afluencia
|
drom; massa; menigte; mensenmassa; troep
|
heil; herrie; het toestromen; het toevloeien; kabaal; lawaai; leven; oploopje; rumoer; samenkomst; spektakel; toeloop; toestroom; voorspoed; welzijn
|
enjambre
|
drom; massa; menigte; mensenmassa; troep
|
bijenkorf; zwerm
|
masa
|
drom; massa; menigte; mensenmassa; troep
|
aardig wat; accumulatie; achterbuurtvolk; allegaartje; berg; beslag; deeg; drom; hoop; horde; klootjesvolk; kluit; knoedels; kudde; massa; mengelmoes; noedels; opeenhoping; opeenstapeling; ophoping; oploopje; opstapeling; pasta; samenkomst; samenraapsel; schaar; schare; stapel; toeloop; troep; volksmenigte
|
montones
|
drom; massa; menigte; mensenmassa; troep
|
hopen; oploopje; samenkomst; stapels; toeloop
|
montón
|
drom; massa; menigte; mensenmassa; troep
|
aardig wat; accumulatie; allegaartje; berg; grote hoeveelheid; heap; hoop; kluit; massa; mengelmoes; mikmak; opeenhoping; ophoping; oploopje; overvloed; samenkomst; samenraapsel; scheplepel; selectie; sortering; stapeling; stel; toeloop; verzameling
|
multitud
|
drom; massa; menigte; mensenmassa; troep
|
aardig wat; bende; berg; drom; drukte; groep mensen; grote menigte; hoop; horde; kluit; kudde; massa; menigte; optocht; processie; schaar; schare; staatsie; stoet; toeloop; troep; veel mensen
|