Dutch
Detailed Translations for ketteren from Dutch to Spanish
ketteren:
-
ketteren
rugir; insultar; hacer estragos; maldecir; renegar; rabiar; refunfuñar; desentonar; vociferar; despotricar; blasfemar; imprecar; soltar un taco; lanzar blasfemias; soltar palabrotas-
rugir verb
-
insultar verb
-
hacer estragos verb
-
maldecir verb
-
renegar verb
-
rabiar verb
-
refunfuñar verb
-
desentonar verb
-
vociferar verb
-
despotricar verb
-
blasfemar verb
-
imprecar verb
-
soltar un taco verb
-
lanzar blasfemias verb
-
soltar palabrotas verb
-
Conjugations for ketteren:
o.t.t.
- ketter
- kettert
- kettert
- ketteren
- ketteren
- ketteren
o.v.t.
- ketterde
- ketterde
- ketterde
- ketterden
- ketterden
- ketterden
v.t.t.
- heb geketterd
- hebt geketterd
- heeft geketterd
- hebben geketterd
- hebben geketterd
- hebben geketterd
v.v.t.
- had geketterd
- had geketterd
- had geketterd
- hadden geketterd
- hadden geketterd
- hadden geketterd
o.t.t.t.
- zal ketteren
- zult ketteren
- zal ketteren
- zullen ketteren
- zullen ketteren
- zullen ketteren
o.v.t.t.
- zou ketteren
- zou ketteren
- zou ketteren
- zouden ketteren
- zouden ketteren
- zouden ketteren
diversen
- ketter!
- kettert!
- geketterd
- ketterend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for ketteren:
Related Words for "ketteren":
ketteren form of ketter:
Translation Matrix for ketter:
Noun | Related Translations | Other Translations |
hereje | ketter |
Related Words for "ketter":
Wiktionary Translations for ketter:
ketter
Cross Translation:
noun
-
iemand die vanwege afwijking van de katholieke leer tot misdadiger verklaard was
- ketter → hereje
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• ketter | → hereje | ↔ heretic — someone who believes contrary to fundamentals |
• ketter | → hereje | ↔ Ketzer — katholische Kirche, abwertend: jemand, der kirchliche Dogmen und Glaubenslehren ablehnt und/oder öffentlich kritisiert |
External Machine Translations: