Dutch
Detailed Translations for verstuwen from Dutch to English
verstuwen:
-
verstuwen (verstouwen)
Conjugations for verstuwen:
o.t.t.
- verstuw
- verstuwt
- verstuwt
- verstuwen
- verstuwen
- verstuwen
o.v.t.
- verstuwde
- verstuwde
- verstuwde
- verstuwden
- verstuwden
- verstuwden
v.t.t.
- heb verstuwd
- hebt verstuwd
- heeft verstuwd
- hebben verstuwd
- hebben verstuwd
- hebben verstuwd
v.v.t.
- had verstuwd
- had verstuwd
- had verstuwd
- hadden verstuwd
- hadden verstuwd
- hadden verstuwd
o.t.t.t.
- zal verstuwen
- zult verstuwen
- zal verstuwen
- zullen verstuwen
- zullen verstuwen
- zullen verstuwen
o.v.t.t.
- zou verstuwen
- zou verstuwen
- zou verstuwen
- zouden verstuwen
- zouden verstuwen
- zouden verstuwen
diversen
- verstuw!
- verstuwt!
- verstuwd
- verstuwend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for verstuwen:
Noun | Related Translations | Other Translations |
bear | beer | |
take | baat; gewin; profijt; winst | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
bear | verstouwen; verstuwen | doorleven; doorstaan; dragen; dulden; gebukt gaan onder; harden; iets verduren; incasseren; opvangen; torsen; uithouden; uitzingen; velen; verdragen; verduren; verteren; volhouden |
take | verstouwen; verstuwen | aangrijpen; aannemen; aanpakken; aanvaarden; aanwenden; accepteren; achteroverdrukken; afhalen; afnemen; benemen; benutten; bezetten; bezigen; cadeau aannemen; gappen; gebruik maken van; gebruiken; grijpen; hanteren; ingrijpen; innemen; inpikken; jatten; kapen; leegstelen; medicijn innemen; meenemen; naartoe brengen; nemen; ontfutselen; ontnemen; ontvreemden; ophalen; pakken; pikken; plunderen; roven; snaaien; stelen; toegrijpen; toepassen; toetasten; toeëigenen; utiliseren; verdonkeremanen; verdonkeren; verduisteren; vervreemden; weghalen; wegkapen; wegnemen; wegpakken; wegpikken; zich bedienen |