Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. toonafstanden:
  2. toonafstand:


Dutch

Detailed Translations for toonafstanden from Dutch to English

toonafstanden:

toonafstanden [de ~] noun, plural

  1. de toonafstanden
    the intervals

Translation Matrix for toonafstanden:

NounRelated TranslationsOther Translations
intervals toonafstanden tussenpozen; tussenruimtes

Related Words for "toonafstanden":


toonafstanden form of toonafstand:

toonafstand [de ~ (m)] noun

  1. de toonafstand
    the interval

Translation Matrix for toonafstand:

NounRelated TranslationsOther Translations
interval toonafstand interim; interval; onderbreking; pauze; rust; rustpauze; rustpoos; rusttijd; speelkwartier; tussenpoos; tussentijd; verpozing

Related Words for "toonafstand":