Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. stijf worden:


Dutch

Detailed Translations for stijf worden from Dutch to English

stijf worden:

stijf worden verb

  1. stijf worden (stremmen)
    to coagulate; to solidify; to set
    • coagulate verb (coagulates, coagulated, coagulating)
    • solidify verb (solidifies, solidified, solidifying)
    • set verb (sets, set, setting)

Translation Matrix for stijf worden:

NounRelated TranslationsOther Translations
set accumulatie; bende; benoemde set; bepaalde hoeveelheid; concours; groep; groep van twee of meer; hoop; kliek; koppel; manche; onderonsje; partij; pot; samenscholing; set; span; stel; strijd; troep; wedstrijd
VerbRelated TranslationsOther Translations
coagulate stijf worden; stremmen kazen; klonteren; opstijven
set stijf worden; stremmen deponeren; gelijkzetten; initiëren; inklinken; leggen; neerleggen; neerzetten; onder water gaan; ondergaan; op gang brengen; plaatsen; situeren; stationeren; synchroniseren; zetten; zich afspelen; zinken
solidify stijf worden; stremmen bij elkaar houden; bijeenhouden; solidair maken; solidariseren
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
set star; strak; strakgespannen; verstard

Related Translations for stijf worden