Dutch
Detailed Translations for schooltijd from Dutch to English
schooltijd:
-
de schooltijd
Translation Matrix for schooltijd:
Noun | Related Translations | Other Translations |
school-hours | schooltijd | |
school-time | schooltijd | |
school-years | schooltijd | |
term | schooltijd | aanduiding; benaming; benoeming; conditie; eis; frase; gezegde; looptijd; naam; periode; term; termijn; tijdsbestek; tijdsduur; uitdrukking; vereiste; voorwaarde; zegswijze; zin |
Verb | Related Translations | Other Translations |
term | benoemen; een naam geven; noemen; vernoemen |