Dutch
Detailed Translations for plakzegel from Dutch to English
plakzegel:
-
de plakzegel (zegel)
Translation Matrix for plakzegel:
Noun | Related Translations | Other Translations |
revenue-stamp | plakzegel; zegel | |
seal | plakzegel; zegel | ijk; ijkmerk; inktstempel; keur; rob; stempel; verzegeling; waarborg; zeehond; zeerob; zegel |
stamp | plakzegel; zegel | inktstempel; keur; kwaliteitsmerk; postzegel; stempel; waarborg; waarmerk; zegel |
trading stamp | plakzegel; zegel | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
seal | afdichten; bekrachtigen; bevestigen; bezegelen; dichten; dichtmaken; dichtstoppen; goedkeuren; homologeren; stempel zetten; stempelen; stoppen; van zegel voorzien; verzegelen | |
stamp | afstempelen; beporten; bezegelen; frankeren; stempel opdrukken; stempel zetten; stempelen; van zegel voorzien |