Dutch
Detailed Translations for losjes from Dutch to English
losjes:
-
losjes (terloops; in het voorbijgaan)
loosely; casually; passing; casual; in passing-
loosely adv
-
casually adv
-
passing adj
-
casual adj
-
in passing adv
-
-
losjes (speels; luchthartig; luchtig)
Translation Matrix for losjes:
Noun | Related Translations | Other Translations |
passing | verstrijken; vervallen | |
Adjective | Related Translations | Other Translations |
casual | in het voorbijgaan; losjes; luchthartig; luchtig; speels; terloops | eindig; informeel; vergankelijk; voorbijgaand; voorlopig; vrijblijvend |
light-hearted | losjes; luchthartig; luchtig; speels | frivool; hups; lachziek; lichthartig; lichtzinnig; losbandig; wuft |
playful | losjes; luchthartig; luchtig; speels | bengelachtig; guitig; jongensachtig; kwajongensachtig; ondeugend; schalkachtig; schalks; schelmachtig; schelms; snaaks; spotachtig; stoeiziek |
Adverb | Related Translations | Other Translations |
casually | in het voorbijgaan; losjes; terloops | |
in passing | in het voorbijgaan; losjes; terloops | |
loosely | in het voorbijgaan; losjes; terloops | |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
passing | in het voorbijgaan; losjes; terloops | eindig; vergankelijk; voorbijgaand |