Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. achteruitzetten:


Dutch

Detailed Translations for achteruitzetten from Dutch to English

achteruitzetten:

achteruitzetten verb (zet achteruit, zette achteruit, zetten achteruit, achteruitgezet)

  1. achteruitzetten (degraderen; in rang verlagen; terugzetten; terugplaatsen)
    to degrade
    • degrade verb (degrades, degraded, degrading)

Conjugations for achteruitzetten:

o.t.t.
  1. zet achteruit
  2. zet achteruit
  3. zet achteruit
  4. zetten achteruit
  5. zetten achteruit
  6. zetten achteruit
o.v.t.
  1. zette achteruit
  2. zette achteruit
  3. zette achteruit
  4. zetten achteruit
  5. zetten achteruit
  6. zetten achteruit
v.t.t.
  1. heb achteruitgezet
  2. hebt achteruitgezet
  3. heeft achteruitgezet
  4. hebben achteruitgezet
  5. hebben achteruitgezet
  6. hebben achteruitgezet
v.v.t.
  1. had achteruitgezet
  2. had achteruitgezet
  3. had achteruitgezet
  4. hadden achteruitgezet
  5. hadden achteruitgezet
  6. hadden achteruitgezet
o.t.t.t.
  1. zal achteruitzetten
  2. zult achteruitzetten
  3. zal achteruitzetten
  4. zullen achteruitzetten
  5. zullen achteruitzetten
  6. zullen achteruitzetten
o.v.t.t.
  1. zou achteruitzetten
  2. zou achteruitzetten
  3. zou achteruitzetten
  4. zouden achteruitzetten
  5. zouden achteruitzetten
  6. zouden achteruitzetten
diversen
  1. zet achteruit!
  2. zet achteruit!
  3. achteruitgezet
  4. achteruitzettende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for achteruitzetten:

VerbRelated TranslationsOther Translations
degrade achteruitzetten; degraderen; in rang verlagen; terugplaatsen; terugzetten