Dutch
Detailed Translations for voorslaan from Dutch to English
voorslaan:
-
voorslaan (voorstellen)
Conjugations for voorslaan:
o.t.t.
- sla voor
- slaat voor
- slaat voor
- slaan voor
- slaan voor
- slaan voor
o.v.t.
- sloeg voor
- sloeg voor
- sloeg voor
- sloegen voor
- sloegen voor
- sloegen voor
v.t.t.
- heb voorgeslagen
- hebt voorgeslagen
- heeft voorgeslagen
- hebben voorgeslagen
- hebben voorgeslagen
- hebben voorgeslagen
v.v.t.
- had voorgeslagen
- had voorgeslagen
- had voorgeslagen
- hadden voorgeslagen
- hadden voorgeslagen
- hadden voorgeslagen
o.t.t.t.
- zal voorslaan
- zult voorslaan
- zal voorslaan
- zullen voorslaan
- zullen voorslaan
- zullen voorslaan
o.v.t.t.
- zou voorslaan
- zou voorslaan
- zou voorslaan
- zouden voorslaan
- zouden voorslaan
- zouden voorslaan
diversen
- sla voor!
- slaat voor!
- voorgeslagen
- voorslaand
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for voorslaan:
Verb | Related Translations | Other Translations |
propose | voorslaan; voorstellen | aanbevelen; aanraden; aanvoeren; iemand recommanderen; naar voren brengen; nomineren; opperen; poneren; te berde brengen; ter overweging geven; van plan zijn; voordragen; voorleggen |
Wiktionary Translations for voorslaan:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• voorslaan | → suggest; propose; proffer | ↔ proposer — mettre en avant, de vive voix ou par écrit, pour qu’on l’examiner, pour qu’on en délibérer. |