Summary
Dutch
Detailed Translations for verminken from Dutch to English
verminken:
Conjugations for verminken:
o.t.t.
- vermink
- verminkt
- verminkt
- verminken
- verminken
- verminken
o.v.t.
- verminkte
- verminkte
- verminkte
- verminkten
- verminkten
- verminkten
v.t.t.
- heb verminkt
- hebt verminkt
- heeft verminkt
- hebben verminkt
- hebben verminkt
- hebben verminkt
v.v.t.
- had verminkt
- had verminkt
- had verminkt
- hadden verminkt
- hadden verminkt
- hadden verminkt
o.t.t.t.
- zal verminken
- zult verminken
- zal verminken
- zullen verminken
- zullen verminken
- zullen verminken
o.v.t.t.
- zou verminken
- zou verminken
- zou verminken
- zouden verminken
- zouden verminken
- zouden verminken
diversen
- vermink!
- verminkt!
- verminkt
- verminkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for verminken:
Noun | Related Translations | Other Translations |
cripple | verminkte | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
cripple | mismaken; misvormen; verminken | lamleggen; verlammen |
maim | mismaken; misvormen; verminken | |
mutilate | mismaken; misvormen; verminken |
Wiktionary Translations for verminken:
verminken
Cross Translation:
verb
verminken
-
iemands lichaam blijvend en misvormend letsel toebrengen
- verminken → mutilate
verb
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• verminken | → cripple; massacre | ↔ estropier — priver de l’usage d’un membre, soit par une blessure, soit par quelque coup, soit par une maladie. cf|estropié |
• verminken | → mutilate; top; truncate; kneecap; maim | ↔ mutiler — retrancher un membre ou quelque autre partie extérieure du corps. |