Dutch

Detailed Translations for ijver from Dutch to English

ijver:

ijver [de ~ (m)] noun

  1. de ijver (toewijding; devotie; overgave; )
    the dedication; the devotion; the diligence; the assiduousness; the ambition; the passion
  2. de ijver (vlijt; nijverheid; ijverigheid; )
    the diligence; the fervour; the diligentness; the zeal; the assiduity; the industriousness; the industry; the fervor

Translation Matrix for ijver:

NounRelated TranslationsOther Translations
ambition devotie; genegenheid; ijver; inzet; overgave; toegewijdheid; toewijding; trouw; zorgzaamheid ambitie; aspiratie; eerzucht; grootste streven; hoogste doel; ideaal; streven
assiduity ijver; ijverigheid; naarstigheid; nijverheid; noestigheid; vlijt; vlijtigheid; werklust; werkzaamheid elan; gloed; pit; vlam; vuur
assiduousness devotie; genegenheid; ijver; inzet; overgave; toegewijdheid; toewijding; trouw; zorgzaamheid
dedication devotie; genegenheid; ijver; inzet; overgave; toegewijdheid; toewijding; trouw; zorgzaamheid aanhankelijkheid; affectie; doel; doeleinde; gehechtheid; inzet; streven; verknochtheid
devotion devotie; genegenheid; ijver; inzet; overgave; toegewijdheid; toewijding; trouw; zorgzaamheid aanhankelijkheid; affectie; doel; doeleinde; gehechtheid; godsdienstigheid; godvrezendheid; godvruchtigheid; heiliging; inzet; streven; verknochtheid; vroomheid; wijding; zegening
diligence devotie; genegenheid; ijver; ijverigheid; inzet; naarstigheid; nijverheid; noestigheid; overgave; toegewijdheid; toewijding; trouw; vlijt; vlijtigheid; werklust; werkzaamheid; zorgzaamheid activiteit; ambitie; arbeid; arbeidzaamheid; aspiratie; bedrijvigheid; bezigheid; elan; gloed; pit; streven; vlam; vuur; werkzaamheid
diligentness ijver; ijverigheid; naarstigheid; nijverheid; noestigheid; vlijt; vlijtigheid; werklust; werkzaamheid
fervor ijver; ijverigheid; naarstigheid; nijverheid; noestigheid; vlijt; vlijtigheid; werklust; werkzaamheid animo; belangstelling; elan; fascinatie; felheid; geboeidheid; genegenheid; gloed; heftigheid; hevigheid; innigheid; intensiteit; interesse; kracht; liefde; pit; vlam; vuur; zin
fervour ijver; ijverigheid; naarstigheid; nijverheid; noestigheid; vlijt; vlijtigheid; werklust; werkzaamheid animo; belangstelling; elan; fascinatie; felheid; geboeidheid; genegenheid; gloed; heftigheid; hevigheid; innigheid; intensiteit; interesse; kracht; liefde; pit; vlam; vuur; zin
industriousness ijver; ijverigheid; naarstigheid; nijverheid; noestigheid; vlijt; vlijtigheid; werklust; werkzaamheid
industry ijver; ijverigheid; naarstigheid; nijverheid; noestigheid; vlijt; vlijtigheid; werklust; werkzaamheid activiteit; arbeid; bedrijf; bedrijvigheid; bezigheid; firma; industrie; onderneming; tak van nijverheid; werkzaamheid; zaak
passion devotie; genegenheid; ijver; inzet; overgave; toegewijdheid; toewijding; trouw; zorgzaamheid begeerte; bezetenheid; drift; genoegen; genot; gevoel; gloed; hartstocht; hartstochtelijkheid; heftig verlangen; jool; leut; lust; obsessie; overgave; passie; plezier; pret; seksuele begeerte; sentiment; vurigheid; vuur; wellust
zeal ijver; ijverigheid; naarstigheid; nijverheid; noestigheid; vlijt; vlijtigheid; werklust; werkzaamheid activiteit; arbeid; bedrijvigheid; bezetenheid; bezigheid; drift; elan; gloed; hartstocht; obsessie; passie; pit; vlam; vuur; werkzaamheid
ModifierRelated TranslationsOther Translations
zeal toegewijd

Related Words for "ijver":


Wiktionary Translations for ijver:

ijver
noun
  1. jealous attitude (e.g. fear of infidelity)
  2. fervor or devotion

Cross Translation:
FromToVia
ijver eagerness; zeal Eifer — ernsthaftes Bemühen, Verfolgen eines Ziels
ijver application application — Action d’appliquer
ijver fervour; zeal; ardour ferveurardeur, zèle, sentiment vif et affectueux avec lequel on se porter aux choses de piété, de charité, etc.
ijver zeal; ardour; ardor; fervour; fervor zèlevif ardeur pour appliquer les consignes et les règlements à la lettre, ou plus généralement pour le maintien ou le succès de quelque chose pousser à l’extrême le travail sans prendre la moindre initiative pour l’alléger en l’[[interpr

ijveren:

ijveren verb (ijver, ijvert, ijverde, ijverden, geijverd)

  1. ijveren (streven)
    devote oneself to; to aim at; work for

Conjugations for ijveren:

o.t.t.
  1. ijver
  2. ijvert
  3. ijvert
  4. ijveren
  5. ijveren
  6. ijveren
o.v.t.
  1. ijverde
  2. ijverde
  3. ijverde
  4. ijverden
  5. ijverden
  6. ijverden
v.t.t.
  1. heb geijverd
  2. hebt geijverd
  3. heeft geijverd
  4. hebben geijverd
  5. hebben geijverd
  6. hebben geijverd
v.v.t.
  1. had geijverd
  2. had geijverd
  3. had geijverd
  4. hadden geijverd
  5. hadden geijverd
  6. hadden geijverd
o.t.t.t.
  1. zal ijveren
  2. zult ijveren
  3. zal ijveren
  4. zullen ijveren
  5. zullen ijveren
  6. zullen ijveren
o.v.t.t.
  1. zou ijveren
  2. zou ijveren
  3. zou ijveren
  4. zouden ijveren
  5. zouden ijveren
  6. zouden ijveren
diversen
  1. ijver!
  2. ijvert!
  3. geijverd
  4. ijverend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for ijveren:

VerbRelated TranslationsOther Translations
aim at ijveren; streven aansturen op; bedoelen; beogen; doel beogen; doelen; ergens iets mee willen zeggen; gericht werpen; mikken; mikken op; streven; streven naar; ten doel hebben; viseren
devote oneself to ijveren; streven
work for ijveren; streven

Related Words for "ijveren":


Wiktionary Translations for ijveren:

ijveren
verb
  1. to strive for
noun
  1. a sincere attempt

Related Translations for ijver