Dutch

Detailed Translations for aanvaarding from Dutch to English

aanvaarding:

aanvaarding [de ~ (v)] noun

  1. de aanvaarding (innerlijke aanvaarding; aanvaarden)
    the acceptance; the inner acceptance; the accepting

Translation Matrix for aanvaarding:

NounRelated TranslationsOther Translations
acceptance aanvaarden; aanvaarding; innerlijke aanvaarding aanvaarden; acceptatie; accepteren; akkoord; fiat; goedkeuring; goedvinden; permissie; toestemming
accepting aanvaarden; aanvaarding; innerlijke aanvaarding aanneming; adopteren; adoptie; gehoor; gevolg; gevolg geven aan
inner acceptance aanvaarden; aanvaarding; innerlijke aanvaarding
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
accepting in ontvangstname

Related Words for "aanvaarding":


Wiktionary Translations for aanvaarding:

aanvaarding
verb
  1. acceptance of a belief or claim
noun
  1. acceptance of a belief or claim

Cross Translation:
FromToVia
aanvaarding agreement; compliance Einwilligung — die Handlung, etwas zu genehmigen, das einen betreffen (normalerweise nach einer Bitte oder Anfrage)
aanvaarding official acceptance Abnahmeoffizielle Akzeptanz eines Zustandes nach einer üblichen Überprüfung
aanvaarding encounter; meeting; approach; acquaintance; familiarity; relation; understanding; connection; interrelation; relationship; access; admission; admittance; accession; entrance; entry; landing; acceptance; reception abord — (vieilli) action d’arriver au bord, de toucher le rivage.
aanvaarding acceptance; reception acceptationaction d’accepter.
aanvaarding admission admission — Le fait d’être admettre.

Related Translations for aanvaarding