Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. uitgemergeld:
  2. uitmergelen:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for uitgemergeld from Dutch to German

uitgemergeld:


uitmergelen:

uitmergelen [znw.] noun

  1. uitmergelen (vermageren; afvallen; afslanken; vermagering)
    die Abmagerung; Abmagern

Translation Matrix for uitmergelen:

NounRelated TranslationsOther Translations
Abmagern afslanken; afvallen; uitmergelen; vermageren; vermagering
Abmagerung afslanken; afvallen; uitmergelen; vermageren; vermagering