Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. samengesteld:
  2. samentellen:


Dutch

Detailed Translations for samengesteld from Dutch to German

samengesteld:

samengesteld adj

  1. samengesteld

Translation Matrix for samengesteld:

ModifierRelated TranslationsOther Translations
zusammengesetzt samengesteld
zusammengestellt samengesteld

Related Words for "samengesteld":

  • samengestelde

samengesteld form of samentellen:

samentellen verb (stel samen, stelt samen, stelde samen, stelden samen, samengesteld)

  1. samentellen
    zusammenzählen
    • zusammenzählen verb (zähle zusammen, zählst zusammen, zählt zusammen, zählte zusammen, zähltet zusammen, zusammengezählt)

Conjugations for samentellen:

o.t.t.
  1. stel samen
  2. stelt samen
  3. stelt samen
  4. stellen samen
  5. stellen samen
  6. stellen samen
o.v.t.
  1. stelde samen
  2. stelde samen
  3. stelde samen
  4. stelden samen
  5. stelden samen
  6. stelden samen
v.t.t.
  1. heb samengesteld
  2. hebt samengesteld
  3. heeft samengesteld
  4. hebben samengesteld
  5. hebben samengesteld
  6. hebben samengesteld
v.v.t.
  1. had samengesteld
  2. had samengesteld
  3. had samengesteld
  4. hadden samengesteld
  5. hadden samengesteld
  6. hadden samengesteld
o.t.t.t.
  1. zal samentellen
  2. zult samentellen
  3. zal samentellen
  4. zullen samentellen
  5. zullen samentellen
  6. zullen samentellen
o.v.t.t.
  1. zou samentellen
  2. zou samentellen
  3. zou samentellen
  4. zouden samentellen
  5. zouden samentellen
  6. zouden samentellen
en verder
  1. ben samengesteld
  2. bent samengesteld
  3. is samengesteld
  4. zijn samengesteld
  5. zijn samengesteld
  6. zijn samengesteld
diversen
  1. stel samen!
  2. stelt samen!
  3. samengesteld
  4. samenstellend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for samentellen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
zusammenzählen samentellen bijrekenen; bijtellen; erbij tellen; optellen

Related Translations for samengesteld