Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. lager worden:


Dutch

Detailed Translations for lager worden from Dutch to German

lager worden:

lager worden verb (word lager, wordt lager, werd lager, werden lager, lager geworden)

  1. lager worden
    sinken
    • sinken verb (sinke, sinkst, sinkt, sank, sankt, gesunken)

Conjugations for lager worden:

o.t.t.
  1. word lager
  2. wordt lager
  3. wordt lager
  4. worden lager
  5. worden lager
  6. worden lager
o.v.t.
  1. werd lager
  2. werd lager
  3. werd lager
  4. werden lager
  5. werden lager
  6. werden lager
v.t.t.
  1. ben lager geworden
  2. bent lager geworden
  3. is lager geworden
  4. zijn lager geworden
  5. zijn lager geworden
  6. zijn lager geworden
v.v.t.
  1. was lager geworden
  2. was lager geworden
  3. was lager geworden
  4. waren lager geworden
  5. waren lager geworden
  6. waren lager geworden
o.t.t.t.
  1. zal lager worden
  2. zult lager worden
  3. zal lager worden
  4. zullen lager worden
  5. zullen lager worden
  6. zullen lager worden
o.v.t.t.
  1. zou lager worden
  2. zou lager worden
  3. zou lager worden
  4. zouden lager worden
  5. zouden lager worden
  6. zouden lager worden
diversen
  1. word lager!
  2. wordt lager!
  3. lager geworden
  4. lager wordend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for lager worden:

VerbRelated TranslationsOther Translations
sinken lager worden achteruitgaan; afdekken; afnemen; afruimen; bezinken; declineren; doorleven; doorstaan; kelderen; minder worden; neergaan; onder water gaan; ondergaan; opruimen; ten onder gaan; verdragen; verduren; vergaan; verteren; zakken; zinken

Related Translations for lager worden