Summary
English
Detailed Translations for soft touch from English to Dutch
soft touch: (*Using Word and Sentence Splitter)
- soft: zacht; zacht aanvoelend; murw; sullig
- touch: voelen; aanraken; contact; aanraking; betreffen; raken; voeling; treffen; ontroeren; slaan op; beroeren; snufje; vleugje; waas; zweem; schijntje; flinter; floers; gevoel; sentiment; betasten; bevoelen; aangrijpen; tikje; klopje; kleine tik; aanstippen; aanroeren; even aanraken; toetsaanslag; roeren; toucheren; zitten aan; aangaan; belang inboezemen; zorg inboezemen
soft touch:
Translation Matrix for soft touch:
Noun | Related Translations | Other Translations |
- | chump; fall guy; fool; gull; mark; mug; patsy; sucker |