Summary
English
Detailed Translations for outperform from English to Dutch
outperform: (*Using Word and Sentence Splitter)
- out: over; uit; klaar; afgelopen; voorbij; af; gereed; voltooid; geëindigd; afgedaan; van; vanuit; vanaf nu; vanaf deze plaats; eruit; weg; ertussenuit; er op uit; er uit; daaruit; op stap
- perform: optreden; performen; presteren; een prestatie leveren; spelen; doen alsof; zich aanstellen; handelen; ageren; acteren; toneelspelen; volvoeren; opgevoerd worden
outperform:
Translation Matrix for outperform:
Verb | Related Translations | Other Translations |
- | exceed; outdo; outgo; outmatch; outstrip; surmount; surpass |