Home ->Dictionaries ->English/Dutch ->Translate hand oneself in

Translate hand oneself in from English to Dutch

Summary

English to Dutch: more detail...

hand oneself in:
- capituleren; opgeven; zich overgeven; overgeven; uitleveren

English

Detailed Translations for hand oneself in from English to Dutch

hand oneself in:

hand oneself in verb

hand oneself in (capitulate; hand oneself over to; give up)
capituleren; opgeven; zich overgeven; overgeven; uitleveren
- capituleren verb (capituleer, capituleert, capituleerde, capituleerden, gecapituleerd)
- opgeven verb (geef op, geeft op, gaf op, gaven op, opgegeven)
- zich overgeven verb
- overgeven verb (geef over, geeft over, gaf over, gaven over, overgegeven)
- uitleveren verb (lever uit, levert uit, leverde uit, leverden uit, uitgeleeefd)

Translation Matrix for hand oneself in:

Noun	Related Translations	Other Translations
opgeven		applying; applying for something; asking for; requesting
overgeven		barfing; puking; surrendering; vomiting; yielding
Verb	Related Translations	Other Translations
capituleren	capitulate; give up; hand oneself in; hand oneself over to	capitulate; give in; surrender
opgeven	capitulate; give up; hand oneself in; hand oneself over to	abandon; book; capitulate; cease; drop out; enlist; enrol; enroll; enter; give in; give up; give up hope; hand down; inscribe; pull out; quit; register; sacrifice; stop; subscribe; surrender; throw in the towel
overgeven	capitulate; give up; hand oneself in; hand oneself over to	be sick; bring up; cede; delate; deliver up; extend; give; give to; give up; hand; hand over; offer; pass; present with; puke; regurgigate; spew; spew out; surrender; throw up; upchuck; vomit; yield
uitleveren	capitulate; give up; hand oneself in; hand oneself over to
zich overgeven	capitulate; give up; hand oneself in; hand oneself over to	capitulate; give in; give up to; quit; surrender

Related Translations for hand oneself in