Translate Garantieschein from German to Dutch

Remove Ads

Summary

German to Dutch: more detail...

Garantieschein:
- garantie; garantiebewijs; waarborg; cautie; onderpand; waarborgsom; borg; waarborging; pand; stempel; zegel; inktstempel; keur

German

Detailed Translations for Garantieschein from German to Dutch

Garantieschein:

Garantieschein [der ~] noun

der Garantieschein (Garantie)
de garantie; het garantiebewijs
- garantie [de ~ (v)] noun
- garantiebewijs [het ~] noun
der Garantieschein (Bürge; Bürgschaft; Gewähr; Garantie; Pfand; Unterpfand; Sicherheit)
de garantie; de waarborg; de cautie; het onderpand; de waarborgsom; de borg; waarborging; het pand
- garantie [de ~ (v)] noun
- waarborg [de ~ (m)] noun
- cautie [de ~ (v)] noun
- onderpand [het ~] noun
- waarborgsom [de ~] noun
- borg [de ~ (m)] noun
- waarborging [znw.] noun
- pand [het ~] noun
der Garantieschein (Stempel; Gepräge; Siegel; Amtssiegel; Stempelbogen; Marke; Stempeln; Lacksiegel; Klebemarke)
de stempel; de zegel; inktstempel
- stempel [de ~ (m)] noun
- zegel [de ~ (m)] noun
- inktstempel [znw.] noun
der Garantieschein (Gewähr; Marke; Siegel; Garantie)
de waarborg; de keur
- waarborg [de ~ (m)] noun
- keur [de ~] noun

Translation Matrix for Garantieschein:

Noun	Related Translations	Other Translations
borg	Bürge; Bürgschaft; Garantie; Garantieschein; Gewähr; Pfand; Sicherheit; Unterpfand
cautie	Bürge; Bürgschaft; Garantie; Garantieschein; Gewähr; Pfand; Sicherheit; Unterpfand
garantie	Bürge; Bürgschaft; Garantie; Garantieschein; Gewähr; Pfand; Sicherheit; Unterpfand	Garantie; Sicherheit; gratis Kundendienst
garantiebewijs	Garantie; Garantieschein
inktstempel	Amtssiegel; Garantieschein; Gepräge; Klebemarke; Lacksiegel; Marke; Siegel; Stempel; Stempelbogen; Stempeln
keur	Garantie; Garantieschein; Gewähr; Marke; Siegel	Auslese; Auswahl; Sortierung; Sortiment
onderpand	Bürge; Bürgschaft; Garantie; Garantieschein; Gewähr; Pfand; Sicherheit; Unterpfand	Bürgschaft; Kaution; Pfand; Sicherheit; Sicherheitsleistung; Unterpfand
pand	Bürge; Bürgschaft; Garantie; Garantieschein; Gewähr; Pfand; Sicherheit; Unterpfand	Aufbau; Bau; Baugelände; Bauland; Baustelle; Einsatz; Einsätze; Erbauung; Errichtung; Fläche; Gebiet; Gebilde; Gebäude; Grundstück; Haus; Häuser; Komplex; Konstruktion; Los; Partie; Parzelle; Pfand; Posten; Schoß; Struktur; Teil; Unterpfand
stempel	Amtssiegel; Garantieschein; Gepräge; Klebemarke; Lacksiegel; Marke; Siegel; Stempel; Stempelbogen; Stempeln
waarborg	Bürge; Bürgschaft; Garantie; Garantieschein; Gewähr; Marke; Pfand; Sicherheit; Siegel; Unterpfand
waarborging	Bürge; Bürgschaft; Garantie; Garantieschein; Gewähr; Pfand; Sicherheit; Unterpfand
waarborgsom	Bürge; Bürgschaft; Garantie; Garantieschein; Gewähr; Pfand; Sicherheit; Unterpfand	Bürgschaft; Kaution; Pfand; Sicherheit; Sicherheitsleistung; Unterpfand
zegel	Amtssiegel; Garantieschein; Gepräge; Klebemarke; Lacksiegel; Marke; Siegel; Stempel; Stempelbogen; Stempeln	Klebemarke; Marke; Rabattmarke; Stempelmarke

Remove Ads

Translate Garantieschein from German to Dutch

Detailed Translations for Garantieschein from German to Dutch

Garantieschein:

Garantieschein [der ~] noun

der Garantieschein (Garantie)

der Garantieschein (Bürge; Bürgschaft; Gewähr; Garantie; Pfand; Unterpfand; Sicherheit)

der Garantieschein (Stempel; Gepräge; Siegel; Amtssiegel; Stempelbogen; Marke; Stempeln; Lacksiegel; Klebemarke)

der Garantieschein (Gewähr; Marke; Siegel; Garantie)

Translation Matrix for Garantieschein: