Home ->Dictionaries ->German/Dutch ->Search: etwas zu sich nehmen

German and Dutch Translation Search Results for etwas zu sich nehmen

German

Detailed Translations for etwas zu sich nehmen from German to Dutch

etwas zu sich nehmen: ^{(*Using Word and Sentence Splitter)}

etwas: iets; wat; enkele; sommige; enige; een paar; zoiets; enig; 'n beetje; welk; hetgeen; welke
zu: in; te; naar; toe; naar toe; tot; totdat; tot bij; ergens naartoe; bij de; à; waartoe
sich: zichzelf; zich
nehmen: binnenkrijgen; opslokken; zwelgen; nemen; pakken

Related Translations for etwas zu sich nehmen