Summary
German to Dutch: more detail...
-
Kot:
- poep; schijt; stront; drek; kak; stuk poep; uitwerpsel; keutel; hoop; drol; smurrie; prut; feces; beer; fecaliën; excrementen; uitscheiding; uitwerpselen
- Wiktionary:
Dutch to German: more detail...
German
Detailed Translations for Kot from German to Dutch
Kot:
-
der Kot (Kacke; Pup; Schmutz; Kötel; Dreck; Exkremente; Ausscheidung; Fäkalien; Mist)
-
der Kot (Scheiße)
-
der Kot (Schmutz; Dreck; Mist)
-
der Kot (Fäkalien; Ausscheidungen; Kacke; Dreck; Exkremente)
Translation Matrix for Kot:
Synonyms for "Kot":
Wiktionary Translations for Kot:
Dutch
Detailed Translations for Kot from Dutch to German
Kot form of kot:
-
het kot (armoedige woning; hut)
-
het kot (krot; hutje)
Translation Matrix for kot:
Noun | Related Translations | Other Translations |
Box | hutje; kot; krot | box; opbergruimte |
Bruchbude | armoedige woning; hut; kot | hok; hut; hutje; kavalje; krot; krotwoning |
Hütte | armoedige woning; hut; kot | cabine; dierenverblijfplaats; herdershut; herdershutje; hok; huis; hut; hutje; kajuit; kavalje; kleine herdershut; krot; krotwoning; optrekje; stulp; verblijf |
Kabuff | armoedige woning; hut; kot | |
Scheune | armoedige woning; hut; kot | rottent; schuur |
Schuppen | hutje; kot; krot | autogarages; autostallingen; berghok; berghokken; berging; bergingen; bergruimte; box; garages; hokje; hokken; krot; krotwoning; opbergruimte; schuur; schuurtje; wagenschuren |